Gebreide kleertjes voor Wadi Badi, een Rosebud van 29 centimeter.

Gebreide kleertjes voor Wadi Badi, een Rosebud van 29 centimeter lang en een taillewijdte van 21 centimeter.

Truitje:

Voorpand: opzetten 28 steken met naalden nummer 3. Na 5 naalden boordpatroon 1 recht, 1 averecht verder gaan in tricotsteek. Na 14 naalden tricot aan weerszijden voor armsgat 1 x 2 en 1 x 1 steek afkanten. Na nog 6 naalden voor hals in het midden 8 steken afkanten, naald uitbreien en averechts terug breien. Volgende rechtse naalden de halskant nog 2 x 1 steek afkanten. Na nog 2 naalden alle 5 steken afkanten. Andere schouder in spiegelbeeld breien.

Rugpandjes: bij gelijk op breien 2 bolletjes wol gebruiken. 2 x 18 steken opzetten. Na 5 naalden boordpatroon  (met aan een kant voor de sluiting 5 steken ribbels) verder gaan in tricotsteek , wel aan de kant van de sluiting 5 steken ribbels blijven breien met aan 1 kant verdeeld 5 knoopsgaatjes  (4e naald op de bies voor 1e knoopsgat 1 steek breien,  2 afkanten en laatste steek breien, werk omdraaien, 2 steken breien, 2 steken bij maken en nog een steek breien en verder gaan zoals de steken zich voordoen.  Zo tussen iedere 4e en 5e ribbel een knoopsgat maken). Na 14 naalden tricot  voor de armsgaten bij beide pandjes 1 x 2 en 1 x 1 steek afkanten.  Weer 14 naalden verder voor de hals bij beide pandjes 18 steken afkanten, naald uitbreien en daarna de schouders afkanten.

Mouwtje: 18 steken opzetten. Na 5 naalden boordpatroon verder tricotsteek breien en meteen begin en eind van de naald 1 steek meerderen. Daarna nog 3 x iedere 4e naald aan begin en eind 1 steek meerderen. Dan voor de kop van de mouw aan weerszijden 1 x 3, 1 x 2, 1 x 1 en 1 x 2 steken afkanten en de laatste 10 steken in 1 keer afkanten. Tweede mouwtje net zo breien. De mouwtjes kunnen ook met twee kluwen gelijk op gebreid worden.
Als het truitje in elkaar genaaid is het halsje omhaken met vasten en 5 knoopjes aanzetten.

Broekje:

Opzetten voor de pijpjes 2 x 28 steken. 5 naalden boordpatroon 1 recht, 1 averecht breien, daarna verder gaan in tricotsteek.
Na 12 naalden tricot aan weerszijden van de pijpjes 1 steek meerderen, dit nog 2 x herhalen na 4 naalden en 2 x na 2 naalden. De verkregen 38 + 38 = 76 steken verdelen op 3 naalden en rond gaan breien.

Middenvoor en middenachter 5 x iedere 2e toer 2 steken minderen. We hebben dan de 56 steken die nodig zijn voor de omtrek van de pop.
13 naalden na de laatste mindering op de rugkant een verhoging breien van 4 naalden (zie foto).

Dan 1 naald averecht, 1 naald recht, alleen middenvoor 15 steken tricotsteek blijven breien. Na 5 ribbels opzij voor armsgaten 6 steken afkanten. Voorstukje 5 steken ribbels, 15 tricot en weer 5 steken ribbels.
Na 9 naalden het voorstukje aan de averechtse kant rechts afhechten en daar aan de voorkant een vaste langs haken.

Nu rugpandje nog 8 ribbels breien (16 naalden) dan voor de hals 9 steken afkanten en aan weerszijden de 5 steken nog 12 ribbels verder breien voor galgjes (of noem je dat schouderbanden?), daarna afkanten en van de draad een lusje maken. Pijpjes dichtnaaien, 2 knoopjes aanzetten en klaar is de broek.

Kousschoentjes:

21 steken opzetten. 3 naalden boordpatroon 1 recht, 1 averecht.
Daarna tricotsteek gaan breien. Na 16 naalden tricot 7 steken afkanten, 7 steken breien en laatste 7 steken afkanten.
De middelste 7 steken met gele wol in ribbels verder breien.
Bij de 10e naald (aan achterkant) eerste steek overhalen en laatste 2 steken samenbreien.
Bij de 11e naald (voorkant) aan weerszijden 12 steken er bij opnemen. De verkregen 29 steken 4 naalden (= 2 ribbels) breien.
Dan aan de goede kant de 12e steek afhalen en over de 13e halen, 3 steken breien, 2 samen breien en de overige 11 steken breien.
Volgende toer weer net zo minderen, maar dan 1 steek tussen de minderingen.
De volgende toer middelste 3 steken samenbreien.
Aan de achterkant afkanten.
Het 2e kousschoentje net zo breien.

Kousschoentjes middenachter sluiten. De onderkant van de schoentjes sluit ik als de pop ze aan heeft.

Mutsje:

57 steken opzetten. 5 naalden boordpatroon 1 recht, 1 averecht.
Dan *aan voorkant 1 naald recht, aan achterkant 5 averecht, 5 recht. 9 averecht, 5 recht, 9 averecht, 5 recht, 9 averecht, 5 recht, 5 averecht*. Deze 2 naalden steeds herhalen.
Na 14 naalden (7 ribbels)iedere 4e naald aan de voorkant begin en eind van iedere tricotbaan 1 steek minderen (begin 1 afhalen en over de volgende steek halen en eind 2 steken samenbreien).
Als er nog 3 tricotsteken over zijn die steeds alle 3 samen breien.
Aan de achterkant alle steken samen breien en aan de voorkant nog eens alle steken samenbreien. De draad door de overgebleven steken halen en vastzetten. Naad middenachter sluiten.
Koordjes draaien en aan het mutsje zetten, dan verliest Wadi zijn muts niet zo gauw.